Synonyms:
Pneumonie, Pulmonale infectie, Lungontsteking, Infectie van de longen

LONGONTSTEKING

In het kort:

Longontsteking, of pneumonie, is een ontsteking van het longweefsel, meestal veroorzaakt door een bacteriële of virale infectie. Het treft de longblaasjes, waardoor deze zich vullen met vocht of pus, wat ademhaling bemoeilijkt. Symptomen zijn hoesten, koorts, koude rillingen, kortademigheid, en pijn op de borst.
Longontsteking kan variëren van mild tot ernstig, afhankelijk van de oorzaak, leeftijd en algehele gezondheid van de patiënt.

Behandeling omvat vaak antibiotica of antivirale medicijnen, afhankelijk van de oorzaak. Vroege diagnose en behandeling zijn cruciaal om complicaties, zoals longschade of ademhalingsfalen, te voorkomen. Risicogroepen zijn ouderen, jonge kinderen en mensen met een verzwakt immuunsysteem.


De symptomen van longontsteking kunnen variëren, afhankelijk van de oorzaak en het type longontsteking.

Hieronder volgt een overzicht van de meest voorkomende symptomen en de soorten longontsteking waarbij ze horen:

  • Hoge koorts (soms met koude rillingen)
  • Pijn op de borst, vooral bij het ademhalen of hoesten
  • Productieve hoest (slijm ophoesten, soms met bloed)
  • KortademigheidVersnelde ademhaling en hartslagVermoeidheid en zwakte
  • Verwardheid (vooral bij ouderen)

Kenmerkend voor: Typische bacteriële longontsteking, zoals die veroorzaakt door Streptococcus pneumoniae.d voor: Typische bacteriële longontsteking, zoals die veroorzaakt door Streptococcus pneumoniae.

  • Langzaam optredende koorts en koude rillingen
  • Droge hoest (later kan dit productief worden met slijm)
  • KortademigheidHoofdpijn en spierpijn
  • Vermoeidheid
  • Pijn in de borst
  • Misselijkheid of braken (soms)

Kenmerkend voor: Virale infecties, zoals griepvirus, RSV of COVID-19. Virale longontsteking heeft vaak een milder begin, maar kan snel verergeren.

  • Langdurige hoest (meestal productief)
  • Pijn op de borst
  • Koorts
  • Kortademigheid
  • Vermoeidheid
  • Gewichtsverlies

Kenmerkend voor: Mensen met een verzwakt immuunsysteem, bijvoorbeeld door HIV, chemotherapie, of immunosuppressieve medicatie. Komt minder vaak voor bij gezonde mensen.

  • Hoest, vaak met voedseldeeltjes of maaginhoud in het slijm
  • Kortademigheid
  • Pijn op de borst
  • Cyanose (blauwe lippen of huid door zuurstoftekort)
  • Koorts
  • Slechte adem of vieze smaak in de mond

Kenmerkend voor: Mensen die per ongeluk voedsel, vloeistof, of braaksel in de longen inademen, bijvoorbeeld door slikproblemen, reflux, of een verminderd bewustzijn.

  • Hoge koorts
  • Ernstige kortademigheid
  • Pijn op de borst
  • Productieve hoest met dikke, groene of gele slijm
  • Vermoeidheid
  • Cyanose

Kenmerkend voor: Patiënten in ziekenhuizen, vooral die op de intensive care of onder beademing liggen. Wordt vaak veroorzaakt door resistente bacteriën zoals MRSA of Pseudomonas.

  • Koorts (mild tot hoog)
  • Hoest (met slijm of droog)
  • Kortademigheid
  • Vermoeidheid
  • Pijn op de borstVersnelde ademhaling en hartslag
  • Verwardheid (vooral bij ouderen)

Kenmerkend voor: De meest voorkomende vorm van longontsteking, opgelopen buiten het ziekenhuis, vaak door Streptococcus pneumoniae of virussen.

  • Milde koorts
  • Droge, niet-productieve hoest
  • Hoofdpijn en spierpijn
  • Vermoeidheid
  • Pijn in de borst
  • Misselijkheid en braken (soms)
  • Langzaam opkomende symptomen (vaak minder ernstig)

Kenmerkend voor: Veroorzaakt door bacteriën zoals Mycoplasma pneumoniaeChlamydia pneumoniae of Legionella(Legionairsziekte). Deze vorm wordt soms “wandelende longontsteking” genoemd omdat de symptomen vaak mild zijn.

  • Hoge koorts
  • Droge hoest
  • Ernstige kortademigheid
  • Vermoeidheid
  • Verlies van smaak en geur
  • Pijn op de borst
  • Spierpijn
  • Soms ademnood die intensieve zorg vereist

Kenmerkend voor: Longontsteking die specifiek wordt veroorzaakt door het SARS-CoV-2 virus, wat in ernstige gevallen tot longfalen kan leiden.

De ernst van de symptomen hangt af van de oorzaak van de longontsteking, de leeftijd van de patiënt en hun algehele gezondheid. Vroege behandeling is belangrijk om complicaties te voorkomen.


De oorzaken van de verschillende types longontsteking variëren per type en zijn meestal gerelateerd aan de specifieke ziekteverwekkers (bacteriën, virussen, schimmels) of omstandigheden (aspiratie, ziekenhuisomgeving).


Hier volgt een overzicht van de oorzaken per type longontsteking:

Oorzaken: Wordt meestal veroorzaakt door bacteriën, waarbij de meest voorkomende bacterie Streptococcus pneumoniaeis.

Andere bacteriën:

  • Haemophilus influenzae
  • Staphylococcus aureus
  • Klebsiella pneumoniae
  • Legionella pneumophila (veroorzaakt Legionairsziekte)

Risicofactoren: Leeftijd (kinderen, ouderen), een verzwakt immuunsysteem, bestaande longaandoeningen zoals COPD, roken.

Oorzaken: Veroorzaakt door virussen, vaak als complicatie van een andere virale infectie, zoals een verkoudheid of griep.

Veelvoorkomende virussen:

  • Influenzavirus (griep)
  • Respiratoir syncytieel virus (RSV), vooral bij jonge kinderen en ouderen
  • Coronavirus (inclusief SARS-CoV-2, de oorzaak van COVID-19)
  • Adenovirus

Risicofactoren: Zwakke weerstand, kinderen, ouderen, griepepidemieën, contact met besmette personen.

Oorzaken: Schimmelinfecties die vooral voorkomen bij mensen met een verzwakt immuunsysteem (bijv. door HIV/AIDS, chemotherapie, of immunosuppressiva).

Schimmels die longontsteking kunnen veroorzaken:

  • Histoplasma (histoplasmose, vooral in gebieden met vogeluitwerpselen)
  • Coccidioides (vallei-koorts, voorkomend in de Zuidwestelijke VS)
  • Aspergillus (aspergillose)

Risicofactoren: Mensen met een verzwakt immuunsysteem, langdurig gebruik van corticosteroïden, transplantatiepatiënten, en blootstelling aan specifieke schimmels in de omgeving.

Oorzaken: Veroorzaakt door het inademen van voedsel, vloeistoffen, braaksel, of speeksel in de longen, wat een infectie of irritatie van het longweefsel kan veroorzaken.


Risicofactoren:

  • Slikproblemen (dysfagie), bijvoorbeeld na een beroerte
  • Alcohol- of drugsgebruik (verminderd bewustzijn)
  • Refluxziekte (terugvloeiing van maaginhoud in de longen)
  • Neurologische aandoeningen (zoals de ziekte van Parkinson)

Meestal bacterieel: De ingeademde stoffen kunnen bacteriën bevatten die vervolgens een longontsteking veroorzaken.

Oorzaken: Ontstaat tijdens een verblijf in het ziekenhuis, vaak door infectie met resistente bacteriën die aanwezig zijn in de ziekenhuisomgeving.


Veelvoorkomende bacteriën:

  • Pseudomonas aeruginosa
  • Staphylococcus aureus (inclusief MRSA)
  • Klebsiella pneumoniae

Risicofactoren:

  • Beademing (ventilator-associated pneumonia)
  • Lange ziekenhuisopnames
  • Verzwakt immuunsysteem
  • Gebruik van antibiotica (kan leiden tot resistentie)

Oorzaken: Ontstaat buiten de ziekenhuisomgeving, meestal door contact met bacteriën, virussen of schimmels in de dagelijkse omgeving.


Bacteriën:

  • Streptococcus pneumoniae (meest voorkomende oorzaak van bacteriële CAP)
  • Haemophilus influenzae
  • Mycoplasma pneumoniae (veroorzaker van atypische longontsteking)

Virussen:

  • Influenzavirus
  • RSV
  • Adenovirus

Schimmels: Minder vaak voorkomend, maar mogelijk bij immuungecompromitteerde mensen.

Risicofactoren: Oudere leeftijd, roken, chronische ziekten zoals COPD en diabetes.

Oorzaken: Wordt veroorzaakt door minder voorkomende bacteriën en wordt “atypisch” genoemd omdat de symptomen vaak milder zijn.

Veelvoorkomende bacteriën:

  • Mycoplasma pneumoniae (milde symptomen, vaak “wandelende longontsteking” genoemd)
  • Chlamydia pneumoniae
  • Legionella pneumophila (veroorzaakt Legionairsziekte, vaak door besmette waterbronnen)

Risicofactoren: Contact met besmet water (bij Legionella), slechte ventilatie, verspreiding binnen gemeenschappen zoals scholen of kazernes.

Oorzaken: Veroorzaakt door het SARS-CoV-2-virus, dat ernstige ontsteking van de longen kan veroorzaken en in sommige gevallen leidt tot ademhalingsfalen.

Risicofactoren:

  • Oudere leeftijd
  • Chronische aandoeningen zoals hartziekten, diabetes, of obesitas
  • Verminderde immuunrespons
  • Contact met besmette personen

Elk type longontsteking heeft specifieke oorzaken, waarbij risicofactoren zoals leeftijd, gezondheidstoestand en omgevingsfactoren een rol spelen. Preventie en behandeling zijn vaak gericht op het verminderen van blootstelling aan deze ziekteverwekkers en het versterken van het immuunsysteem.

De behandeling van longontsteking varieert afhankelijk van het type longontsteking, de ernst van de infectie, en de gezondheidstoestand van de patiënt.

Hier volgt een overzicht van de behandelingen per type longontsteking:

Behandeling:

  • Antibiotica: De belangrijkste behandeling voor bacteriële longontsteking. De keuze van het antibioticum hangt af van de bacterie die de infectie veroorzaakt en de ernst van de symptomen. Veelvoorkomende antibiotica zijn penicillines, macroliden (zoals azitromycine), of fluoroquinolonen.
  • Ziekenhuisopname: Bij ernstige gevallen, vooral bij ouderen of mensen met onderliggende ziekten, kan ziekenhuisopname noodzakelijk zijn. Intraveneuze antibiotica, zuurstoftherapie, en soms beademing worden dan ingezet.
  • Symptoomverlichting: Pijnstillers, koortsverlagende middelen, en vochttoediening kunnen worden gegeven om symptomen te verlichten en het herstel te bevorderen.

Behandeling:

  • Antivirale middelen: In sommige gevallen, zoals bij griep of COVID-19, kunnen antivirale medicijnen worden gebruikt, zoals oseltamivir (Tamiflu) bij griep of remdesivir bij COVID-19.
  • Symptomatische behandeling: De meeste virale longontstekingen worden ondersteund met rust, voldoende vochtinname, en medicijnen om koorts en pijn te verlichten (zoals paracetamol of ibuprofen)
  • .Zuurstoftherapie: Bij ernstige virale longontsteking, zoals veroorzaakt door COVID-19, kan zuurstoftherapie of beademing nodig zijn als er ademhalingsproblemen ontstaan.
  • Vaccinatie: Vaccinatie (zoals de griepprik) kan helpen om sommige vormen van virale longontsteking te voorkomen.

Behandeling:

  • Antischimmelmiddelen: Schimmel longontsteking wordt behandeld met antischimmelmedicijnen zoals fluconazol, itraconazol, of amfotericine B, afhankelijk van de specifieke schimmel.
  • Ziekenhuisopname: Bij ernstige gevallen, vooral bij immuungecompromitteerde patiënten, kan intraveneuze medicatie en ziekenhuisverzorging nodig zijn.
  • Ondersteunende zorg: Zuurstoftherapie en andere ondersteunende maatregelen worden toegepast bij ernstige ademhalingsproblemen.

Behandeling:

  • Antibiotica: Omdat aspiratiepneumonie vaak gepaard gaat met een bacteriële infectie door ingeademde deeltjes, worden antibiotica zoals clindamycine of amoxicilline/clavulaanzuur voorgeschreven.
  • Ondersteunende zorg: Zuurstoftherapie en in ernstige gevallen beademing.
  • Behandeling van onderliggende oorzaak: Als slikproblemen of reflux de oorzaak zijn van de aspiratie, kan er extra zorg nodig zijn om de aspiratie te voorkomen, zoals voedingsaanpassingen, sliktherapie, of chirurgische ingrepen.

Behandeling:

  • Sterke antibiotica: Vaak worden breedspectrumantibiotica voorgeschreven, zoals carbapenems of ceftazidim, om infecties met resistente bacteriën aan te pakken, zoals MRSA of Pseudomonas aeruginosa.
  • Beademing: Als de patiënt ernstig ziek is, kan beademing nodig zijn, vooral bij longontstekingen die zich ontwikkelen tijdens mechanische ventilatie.
  • Intensieve zorg: Patiënten met nosocomiale pneumonie hebben vaak intensieve zorg nodig, zoals intraveneuze vloeistoffen, zuurstoftherapie, en soms behandeling op de intensive care.

Behandeling:

  • Antibiotica: De behandeling van bacteriële CAP is vaak met antibiotica zoals amoxicilline, doxycycline, of macroliden (zoals azitromycine).
  • Antivirale middelen: Indien de oorzaak viraal is, zoals bij griep of COVID-19, worden antivirale middelen voorgeschreven.
  • Thuisbehandeling: Veel gevallen van CAP kunnen thuis worden behandeld met rust, vochtinname, en symptomatische medicijnen (bijv. koortsverlagers).
  • Ziekenhuisopname: Bij ernstigere gevallen, vooral bij ouderen of mensen met onderliggende aandoeningen, kan ziekenhuisopname nodig zijn voor intraveneuze antibiotica, zuurstof, of beademing.

Behandeling:

  • Specifieke antibiotica: Atypische longontsteking wordt veroorzaakt door andere bacteriën dan bij typische longontsteking. Antibiotica zoals doxycycline, azitromycine, of fluoroquinolonen worden vaak gebruikt om infecties met Mycoplasma pneumoniaeChlamydia pneumoniae of Legionella aan te pakken.
  • Ondersteunende zorg: Rust, vochtinname, en symptoomverlichting door middel van pijnstillers en koortsverlagers.

Behandeling:

  • Antivirale medicijnen: Medicijnen zoals remdesivir worden soms gegeven bij ernstige COVID-19-geassocieerde longontsteking.
  • Corticosteroïden: Medicijnen zoals dexamethason kunnen worden gebruikt om de ontsteking in de longen te verminderen bij ernstige gevallen.
  • Zuurstoftherapie en beademing: Patiënten met ernstige ademhalingsproblemen kunnen zuurstofsuppletie nodig hebben, of in extreme gevallen kunstmatige beademing op de intensive care.
  • Monoclonale antilichamen: Bij sommige patiënten kunnen monoclonale antilichamen worden gebruikt om de virale belasting te verminderen.

  • Vaccinatie: Vaccins tegen griep, pneumokokken en COVID-19 kunnen veel vormen van longontsteking helpen voorkomen.
  • Gezonde leefstijl: Stoppen met roken, regelmatige lichaamsbeweging, en het versterken van het immuunsysteem door een gezond dieet kunnen helpen het risico op longontsteking te verkleinen.

De behandeling van longontsteking hangt dus sterk af van het type, de ernst en de gezondheid van de patiënt. Tijdige diagnose en aangepaste behandeling zijn essentieel om complicaties te voorkomen.

Complicaties bij longontsteking kunnen variëren afhankelijk van het type longontsteking, de gezondheid van de patiënt en hoe snel de behandeling wordt gestart.

Hier volgt een overzicht van mogelijke complicaties per type longontsteking:

  • Longabces: Ontstaan van met pus gevulde holtes in de longen. Dit komt vaker voor bij mensen met een verzwakt immuunsysteem of chronische ziekten.
  • Pleura-effusie: Ophoping van vocht in de ruimte rond de longen (pleuraholte), wat ademhalingsproblemen kan veroorzaken. Dit vocht kan geïnfecteerd raken, wat leidt tot een empyeem.
  • Sepsis: Een ernstige complicatie waarbij de infectie zich via de bloedbaan verspreidt, wat kan leiden tot orgaanfalen. Dit komt vaker voor bij bacteriële longontsteking.
  • Acute respiratoire insufficiëntie: Ernstige ademhalingsproblemen die beademing of intensieve zorg vereisen.
  • Endocarditis: Infectie van de binnenbekleding van het hart, meestal veroorzaakt door bacteriën die vanuit de longen in de bloedbaan terechtkomen.
  • Bacteriële superinfectie: Na een virale longontsteking kan een secundaire bacteriële infectie ontstaan, die de symptomen verergert.
  • Acute respiratoire insufficiëntie: Vooral bij ernstigere virussen zoals COVID-19 of influenzavirus, waarbij de longfunctie sterk kan verminderen.
  • Longfibrose: Permanente littekenvorming in de longen kan ontstaan bij ernstige gevallen van virale longontsteking, zoals bij COVID-19.
  • Hartproblemen: Virale longontsteking kan leiden tot complicaties zoals myocarditis (ontsteking van de hartspier), vooral bij ernstige griep- of COVID-19-infecties.
  • Disseminatie van de schimmelinfectie: De schimmel kan zich naar andere delen van het lichaam verspreiden, zoals de hersenen of het hart, vooral bij mensen met een verzwakt immuunsysteem.
  • Longschade: Onbehandelde schimmelinfecties kunnen permanente schade aan de longen veroorzaken, wat leidt tot ademhalingsproblemen op lange termijn.
  • Sepsis: Net als bij bacteriële longontsteking, kunnen schimmels ook leiden tot sepsis als de infectie zich verspreidt via de bloedbaan.
  • Longabces: Door de aanwezigheid van ingeademde deeltjes (zoals voedsel of maagzuur) kan er zich een longabces vormen.
  • Chronische longschade: Aspiratie van irriterende stoffen kan blijvende schade aan de longen veroorzaken, wat kan leiden tot chronische ademhalingsproblemen.
  • Respiratoir falen: Ernstige aspiratie kan leiden tot ademhalingsfalen, vooral als grote hoeveelheden van vreemde stoffen worden ingeademd.
  • Multiresistente infecties: Ziekenhuisverworven longontsteking wordt vaak veroorzaakt door resistente bacteriën zoals MRSA, wat de behandeling moeilijk maakt en complicaties kan verergeren.
  • Sepsis: Omdat nosocomiale longontsteking vaak ernstiger is, is de kans op sepsis groter, vooral bij patiënten met een verzwakt immuunsysteem.
  • Organfalen: Ernstige infecties kunnen leiden tot orgaanfalen, vooral als de longontsteking niet snel genoeg wordt behandeld.
  • Pleura-effusie en empyeem: Net als bij andere vormen van longontsteking kan zich vocht rond de longen ophopen, wat verdere complicaties veroorzaakt.
  • Sepsis: Als de infectie zich verspreidt, kan dit leiden tot sepsis, vooral bij oudere volwassenen of mensen met chronische ziekten.
  • Acute respiratoire insufficiëntie: Ademhalingsproblemen kunnen ernstig worden, vooral bij patiënten met onderliggende longaandoeningen zoals COPD.
  • Hartcomplicaties: Longontsteking kan een verhoogd risico op hartaanvallen of hartritmestoornissen met zich meebrengen, vooral bij oudere volwassenen.
  • Milde symptomen maar langdurig herstel: Atypische longontsteking, zoals die veroorzaakt door Mycoplasma pneumoniae, kan milder zijn, maar het herstel kan langer duren. Bij sommige mensen kan dit leiden tot chronische hoest of vermoeidheid.
  • Pleura-effusie: In zeldzame gevallen kan zich vocht ophopen rond de longen.
  • Vermoeidheid en spierpijn: Hoewel niet altijd levensbedreigend, kunnen de vermoeidheid en spierpijn bij atypische longontsteking langdurig aanhouden.
  • Acute respiratoire noodsyndroom (ARDS): Ernstige COVID-19-infecties kunnen leiden tot ARDS, een levensbedreigende complicatie waarbij de longen niet goed meer functioneren.
  • Longfibrose: Littekens in de longen kunnen ontstaan na een ernstige COVID-19-infectie, wat leidt tot blijvende ademhalingsproblemen.
  • Hartproblemen: COVID-19 kan leiden tot myocarditis of hartritmestoornissen.
  • Stollingsstoornissen: COVID-19 kan bloedstolsels veroorzaken, wat kan leiden tot longembolieën of beroertes.
  • Chronische bronchitis of COPD-verergering: Longontsteking kan een bestaande longaandoening verergeren, zoals chronische bronchitis of COPD.
  • Verzwakte immuniteit: Vooral bij oudere volwassenen kan het immuunsysteem verzwakt worden, wat het herstel vertraagt en de kans op terugkerende infecties vergroot.

Complicaties zijn ernstiger bij ouderen, kinderen, mensen met onderliggende gezondheidsproblemen, en mensen met een verzwakt immuunsysteem. Vroege diagnose en tijdige behandeling kunnen helpen om complicaties te voorkomen.

Nabehandeling kan noodzakelijk zijn bij longontsteking, afhankelijk van de ernst van de infectie en eventuele complicaties. Daarnaast zijn er verschillende preventieve middelen om het risico op longontsteking te verminderen.

Hieronder een overzicht van de mogelijke nabehandeling en preventieve maatregelen:

Herstelperiode:

Na een longontsteking kan het herstel weken tot maanden duren, vooral bij ouderen en mensen met onderliggende aandoeningen. Gedurende deze periode kan de patiënt nog vermoeidheid, hoesten en zwakte ervaren. Het is belangrijk om voldoende rust te nemen.

Lichamelijke revalidatie:

Bij ernstige gevallen, vooral wanneer patiënten in het ziekenhuis zijn opgenomen geweest, kan fysiotherapie of ademhalingstherapie nodig zijn om de longcapaciteit te herstellen en spierzwakte te verminderen.

Medicatie:
  • Antibioticakuur afmaken: Als de longontsteking bacterieel van aard was, moet de voorgeschreven antibioticakuur volledig worden afgemaakt, zelfs als de patiënt zich beter voelt.
  • Luchtwegverwijders: Patiënten met blijvende ademhalingsproblemen kunnen luchtwegverwijders voorgeschreven krijgen om de luchtwegen open te houden.
Vervolgafspraak:

Een medische controle na de behandeling kan nodig zijn, vooral als er complicaties waren of als de patiënt onderliggende aandoeningen heeft. Een arts kan een röntgenfoto van de borstkas maken om te bevestigen dat de infectie volledig is verdwenen.

Gezondheidsmonitoring:

Bij ernstige infecties kunnen patiënten worden gemonitord om te controleren op eventuele terugkerende symptomen, zoals kortademigheid, aanhoudende hoest of pijn op de borst.

Vermijden van irriterende stoffen:

Roken of blootstelling aan vervuiling moet worden vermeden, omdat dit het herstel kan belemmeren en de kans op een nieuwe infectie kan vergroten.

  • Pneumokokkenvaccin: Dit vaccin beschermt tegen Streptococcus pneumoniae, een van de meest voorkomende oorzaken van bacteriële longontsteking. Het wordt aanbevolen voor:
    • Kinderen jonger dan 5 jaar
    • Volwassenen ouder dan 65 jaar
    • Mensen met chronische ziekten zoals diabetes, hartaandoeningen of COPD
  • Griepvaccin: Longontsteking kan een complicatie van griep zijn. Jaarlijkse griepvaccinaties verminderen het risico op een griepgeassocieerde longontsteking.
  • COVID-19-vaccin: Beschermt tegen het SARS-CoV-2-virus, dat ernstige longontsteking kan veroorzaken. Vaccinatie helpt ernstige gevallen en complicaties te voorkomen.
  • RSV-vaccin: Beschermt tegen het respiratoir syncytieel virus (RSV), een belangrijke oorzaak van longontsteking bij jonge kinderen en ouderen.
  • Stoppen met roken: Roken beschadigt de longen en vermindert het vermogen van het lichaam om infecties te bestrijden. Stoppen met roken vermindert het risico op longontsteking aanzienlijk.
  • Vermijden van alcoholmisbruik: Overmatig alcoholgebruik kan het immuunsysteem verzwakken en het risico op aspiratiepneumonie vergroten (door het inademen van voedsel of braaksel).
  • Gezonde voeding: Een uitgebalanceerd dieet rijk aan vitaminen en mineralen versterkt het immuunsysteem, wat helpt om infecties zoals longontsteking te voorkomen.
  • Voldoende rust en slaap: Een gezonde levensstijl met voldoende rust en slaap bevordert een sterk immuunsysteem.
  • Handhygiëne: Regelmatig handen wassen met water en zeep of het gebruik van handdesinfectiemiddelen kan de verspreiding van ziektekiemen die longontsteking veroorzaken helpen verminderen.
  • Vermijden van contact met zieke mensen: Bij verkoudheid, griep of andere luchtweginfecties is het belangrijk om nauw contact met geïnfecteerde personen te vermijden om overdracht van ziektekiemen te voorkomen.
  • Mondkapjes dragen: In bepaalde situaties, zoals tijdens griepseizoenen of pandemieën (bijv. COVID-19), kan het dragen van een mondkapje helpen om de verspreiding van luchtweginfecties te verminderen.
  • Behandeling van onderliggende gezondheidsproblemen: Mensen met chronische ziekten zoals diabetes, astma of COPD lopen een groter risico op longontsteking. Het goed onder controle houden van deze aandoeningen door medicatie en een gezonde levensstijl kan helpen om longontsteking te voorkomen.
  • Vaccinaties voor risicogroepen: Mensen met chronische longaandoeningen zoals COPD moeten worden gevaccineerd en regelmatig medisch worden gecontroleerd om hun longgezondheid te waarborgen.
  • Luchtvervuiling vermijden: Blootstelling aan vervuilde lucht of dampen van chemicaliën kan de longen irriteren en het risico op infecties verhogen. Het vermijden van vervuilde gebieden of het dragen van beschermende maskers kan helpen om de longen te beschermen.
  • Goede ventilatie binnenshuis: Inademen van frisse lucht en het vermijden van vochtige ruimtes kan de kans op schimmelgerelateerde longontsteking verminderen.

Nabehandeling en preventie zijn cruciaal om complicaties te vermijden en het risico op een nieuwe infectie te verkleinen.
Preventieve maatregelen zoals vaccinatie, goede hygiëne en een gezonde levensstijl kunnen aanzienlijk bijdragen aan het voorkomen van longontsteking.


GZC AMSTELKWARTIER
GZC BUIKSLOTERHAM